Onderwijs

kinderopvang

In de sector onderwijs en kinderopvang is -net als in vele andere sectoren- sprake van een enorm tekort aan vakmensen. Mede hierdoor gaat er de laatste jaren meer aandacht naar de mbo’ers en in welke mate zij het werkveld kunnen ondersteunen dan wel verrijken met hun eigen kwaliteiten en talenten.

Talenten van mbo-studenten breder inzetten

Veranderende rollen en functies

We zien meer differentiatie in functies ontstaan. Dat wordt bijvoorbeeld zichtbaar bij de rol en plaats van de onderwijsassistent in het onderwijsproces. Was dit in het verleden vooral iemand die de materialen beheerde en klaarzette, tegenwoordig draaien zij vaker volop mee in het leerproces van de leerlingen en werken in die zin nauw samen met de leerkracht.

Een andere belangrijke ontwikkeling is dat onderwijs en kinderopvang steeds dichter bij elkaar komen in onder andere de Integrale Kindcentra (IKC) of juist in wijkgerichte voorzieningen. Relaties met cultuur, sport en maatschappelijke zorg ligt steeds meer voor de hand. Het vakgebied van de professionals krijgt daardoor een bredere toepassing.

Wat betekent dit voor het leren?

De studenten die zich aanmelden voor deze opleidingen komen vaak met een klassiek beeld van het beroep binnen: hun grootste wens is te gaan werken met kinderen. Gezien alle ontwikkelingen in de sector is het voor de opleidingen de kunst om een zodanige leeromgeving te ontwerpen dat deze rekening houdt met zowel het beroepsbeeld van de student als met de eisen die er steeds meer aan het beroep gesteld worden. De balans tussen breed en smal opleiden is een continu vraagstuk.

De professionals in de onderwijsteams voor deze beroepsgroepen hebben doorgaans veel verstand van leren en ontwikkelen – dat is immers ook de kern van het beroep waarvoor zij opleiden. We zien echter dat de beroepskant van de opleiding niet altijd zo duidelijk aanwezig is: hoe werkt dat dan in de praktijk, welke functies/beroepen kan je onderscheiden, wat doet iemand dan dagelijks in de praktijk?

Hoe kan iemand zich ontwikkelen als beroepsbeoefenaar én als mens?

We zien in ons werk regelmatig dat beroepsgericht opleiden vooral wordt geassocieerd met kwalificeren en vaardigheden beheersen. Maar om in een beroep te groeien moet je ook kijken naar hoe iemand zich kan ontwikkelen als mens.

Gelukkig zien opleidingen ook steeds vaker het belang van het bieden van een beroepsframe voor het socialiseren en persoonsvorming.

Om te kunnen ontdekken waar je goed in bent of wat je wilt, heb je een kader nodig waartoe je je kunt verhouden en (soms) tegen kunt afzetten. Wat wij hier toevoegen is het beroepsgericht denken. Waar vraagt het werkveld, het beroep, en in de bredere context, de maatschappij om? Hoe verbind je dat aan de persoonlijke ontwikkeling van de student? En hoe geef je dat een plek in de opleiding?

Gerelateerd
praktijkvoorbeeld

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!